摘要: Voor de knoflookpad zijn in 2012 alle 10x10 km-hokken die nog open stonden voor actualisatie van het landelijke verspreidingsbeeld onderzocht met behulp van eDNA. Bij deze methode worden watermonsters genomen die vervolgens worden getest op de aanwezigheid van DNA van de knoflookpad. Onderzoek heeft laten zien dat DNA in het water binnen drie weken afbreekt. Het vinden van DNA in watermonsters wijst dus op recente aanwezigheid van de knoflookpad (zie www. environmental-dna. nl voor meer informatie).Om de methode te verifiëren zijn er vier controle wateren bemonsterd waarvan de knoflookpad bekend was. In drie van de vier controle wateren (75%) lukte het met eDNA de aanwezigheid van knoflookpad aan te tonen. Aanvullend zijn er in 23 leefgebieden in totaal 33 eDNA monsters genomen (zie tabel). Het ging hierbij om locaties waar de soort al geruime tijd niet meer was gevonden. In maar liefst zes leefgebieden zijn knoflookpadden aangetoond met eDNA. Het gaat om de Rande, de Ziele, Diffelen-Schalmmaat, Hattem, Leuvenheim en het Roderveld. De eDNA waarneming uit de Rande is in het zelfde jaar al bevestigd door vrijwilliger Peter Waterlander die daar knoflookpadden heeft gehoord met een hydrofoon. Op de andere locaties zal in 2013 vervolg onderzoek plaats vinden. In de leefgebieden van Hattem, Diffelen-Schalmmaat, de Ziele en de Rande is in het verleden voortplanting van de knoflookpad vastgesteld, eDNA bevestigd dus dat ze er nog steeds zitten.